Het hele gebied van Zuid-Nederland, Noord-België en de westelijke deelstaat Noord-Rijnland-Westfalen van Duitsland liggen op een steenworp afstand van elkaar en vormen een ongelooflijke smeltkroes van taal en cultuur, gevormd door een dynamische geschiedenis van industriële ontwikkeling, oorlogvoering en vriendschap.
Als u zich in dit deel van West-Europa bevindt, hebben Duitsland, Nederland en België duidelijke voordelen ten opzichte van elkaar. België heeft dat buitengewone talent voor bierproductie, om maar te zwijgen van chocolade, wafels en friet. Nederland heeft een uitstekende fietsinfrastructuur en verleidelijke steden zoals Maastricht en Amsterdam. West-Duitsland kan ook bogen op prachtige eigen steden, zoals Keulen en Düsseldorf, een goed bewaard industrieel erfgoed en een zeer efficiënt openbaar vervoersnetwerk.
Stel dat je in de Duitse deelstaat Noord-Rijnland-Westfalen bent en de autobahns doorkruist op zoek naar een leuke plek om te eten. Natuurlijk weet iedereen dat de meeste eetgelegenheden in en rond snelwegen vreselijk zijn, dus breid je zoektocht uit naar de rustige landelijke binnenwegen. Verspreid in en rond elk Duits dorp en stad (en vrij vaak daartussen) zijn Gaststätten, of pensions. Deze plaatsen bieden een kamer voor de nacht en een mooie traditionele keuken. Je kunt hier heerlijk eten vinden – schnitzel, wurst, zuurkool, frikadellen, flammkuchen, noem maar op. Het smaakt geweldig en weggespoeld met een koud lokaal biertje, je zult moeilijk worden ingedrukt om een maaltijd van betere kwaliteit te vinden voor de prijs ergens anders.
Voor Duitsland is een land met uitstekende restaurants. Het zijn niet alleen die Gaststätten, het is overal hetzelfde. Natuurlijk kun je heel erg fout gaan, zoals je in elk land heel erg fout kunt gaan. Maar toch, als je de toeristische hotspots van Duitsland bezoekt, krijg je nog steeds een maaltijd van goede kwaliteit met uitstekende service, hoewel misschien voor een hogere prijs. Helaas kan hetzelfde niet gezegd worden voor de culinaire scene in Nederland en België. Als je deze twee landen bezoekt, zorg er dan voor dat je van tevoren uitgebreid onderzoek doet naar de restaurantscene. De allerbeste strategieën omvatten het bevragen van de lokale bevolking of het onderzoeken van beoordelingen op Trip Advisor tot in de details.
Ik heb een jaar in de Zuid-Nederlandse stad Maastricht gewoond. Het is een geweldige plek, recht uit een sprookje met geplaveide straten, stenen bruggen, imposante kathedralen en middeleeuwse straatjes. Maar als je me zou vragen om een goed restaurant in de stad aan te bevelen, zou ik het niet kunnen doen. Maastricht zit vol met restaurants, maar de kwaliteit ontbreekt duidelijk. Een vriend van mij kwam enkele weken geleden langs en bezocht een ogenschijnlijk aantrekkelijk eetcafe op het Vrijthof, het centrale plein. Hij ging Italiaans en bestelde wat spaghetti-carbonara. Hij werd achterdochtig toen hij merkte dat het met champignonsaus was gemaakt. Wat? Iedereen weet dat dit gerecht is gemaakt met een romige bacon-saus, bereid uit eieren … hoe kwam in godsnaam champignonsaus daar binnen? Niemand weet het echt … maar dat is uit eten gaan in Nederland. Blijkbaar was het de slechtste maaltijd die hij ooit in zijn hele leven heeft gehad. Ik vroeg een andere vriend naar haar eetervaringen tijdens een reis naar Amsterdam vorig jaar. Haar antwoord? Duur en treurig.
Ik denk er echt diep over na, maar ik kan een goed restaurant in Maastricht aanbevelen – een Argentijns steakhouse in de buurt van het treinstation. Die plaats is voortreffelijk, hoewel prijzig. Helaas kan ik me geen enkele Nederlandse of andere internationale plaats herinneren die het vermelden waard is. België lijkt min of meer op elkaar. Toen ik onlangs door Brussel kwam, had ik een heerlijke Indiase maaltijd, maar ik vond het moeilijk om maaltijden van goede kwaliteit te vinden in Belgische etablissementen. Het allerbeste eten dat ik vond, kwam van kleinere Turkse plaatsen – ik wilde de gebruikelijke al te dure toeristenvallen met slechte service vermijden.
